Jarenlang leek de Lucaskerk in ‘s-Hertogenbosch wel het privé-bezit van een familieclan. De leden hadden op alle terreinen de touwtjes in handen. Van kerkbeheer en kinderopvang tot koorleiding en cursuscoördinatie. Aan dit tirannieke bewind is nu een eind gemaakt, zo blijkt uit een brief van Theo Lamers, vicaris-generaal van het bisdom van ’s-Hertogenbosch en administrator (‘tijdelijk bestuurder’) van de Lucaskerk binnen de Mariaparochie (onderdeel van de pastorale eenheid H. Maria en H. Johannes in ‘s-Hertogenbosch, Rosmalen en Empel), die op 20 juni naar de parochianen van de Lucaskerk ging. Daarin heeft hij het over “een schaduwbestuur dat op de achtergrond de dienst uit lijkt te maken”. Directe aanleiding was een mail die twee dames van de kliek begin juni buiten de pastores en het parochiebestuur om naar de betrokkenen bij de Lucaskerk stuurden (foto: de Lucaskerk in het Bossche stadsdeel Zuid). De tijdelijke afwezigheid van kapelaan Herman Schaepman, die kampt met ernstige vermoeidheidsklachten, wordt hierin aangegrepen om de gelovigen te mobiliseren de handen ineen te slaan om te “groeien naar een meer missionaire parochie”. Ze dwepen daarbij volgens ingewijden met uit Amerika en Canada overgewaaide nieuwe evangelisatiemethodieken die vooral in fanatiek charismatisch-katholieke kringen worden gepropageerd. Lamers benadrukt dat door al het gekonkel de pastores niet in staat waren “om de hen toekomende verantwoordelijkheid te kunnen nemen voor het pastoraal beleid en de inhoud van verkondiging en catechese”. Hij wijst daarbij specifiek op tegenwerking met betrekking tot de parochieadministratie, het beheer van gebouwen en het verkrijgen van ‘verklaringen omtrent het gedrag’ die voor diverse functies om redenen van sociale veiligheid verplicht zijn. Verder geeft hij aan dat “met grote regelmaat” een leer werd uitgedragen “die op gespannen voet staat met de katholieke leer en een gezonde geest”. Bronnen rond de Lucaskerk melden in dit verband dat buiten het pastorale team en/of parochiebestuur om, gebedsgenezingen en duivelsuitdrijvingen werden uitgevoerd. De vicaris-generaal beklaagt zich over een “ondraaglijk kritische houding” ten aanzien van de wijze waarop de pastores hun taken uitvoerden. Zo zijn er enquêtes gehouden onder door de clan geselecteerde parochianen, waar de pastores geen weet van hadden. Maar ze werden wel geacht “te reageren op de zogenaamde uitkomsten daarvan”, aldus Lamers, die memoreert dat pastores en bestuur in het verleden al geregeld klachten ontvingen en dat ze vaker misstanden hebben moeten corrigeren. Nu is de familieclan dus definitief buitenspel gezet in de Lucaskerk.